Wat is PageRank? 

Als je je serieus bezighoudt met SEO, heb je ongetwijfeld gehoord van het begrip PageRank. Dit onderdeel van het Google algoritme, ontwikkeld door de oprichters van Google, speelt een grote rol in hoe Google webpagina’s beoordeelt en deze vervolgens in de zoekresultaten plaatst. 

Wat is PageRank? PageRank is een beoordelingssysteem dat de waarde van een pagina bepaalt op basis van inkomende links met een score van 1/10. PageRank was dus de eerste SEO-metric waarmee je kon meten wat de autoriteit van een pagina was, op basis van backlinks.

De PageRank van een website kon je zien in een toolbar op de webpagina. Deze toolbar of het überhaupt kunnen zien van de PageRank is in 2016 verwijderd door Google.

Hoewel Google de zichtbare PageRank-scores in 2016 heeft verwijderd, blijft de technologie op de achtergrond nog steeds een kernonderdeel van het Google algoritme. In dit artikel lees je hoe dit systeem tot stand is gekomen, hoe het werkt en waarom het vandaag de dag nog altijd belangrijk is binnen off page SEO.

Illustratie PageRank met twee mensen die bezig zijn met data op een groot scherm

De oorsprong van PageRank

Wanneer is PageRank uitgekomen? PageRank werd in 1996 ontwikkeld door Larry Page en Sergey Brin tijdens hun promotieonderzoek aan Stanford University. Hun uitgangspunt was redelijk eenvoudig maar revolutionair: het web analyseren als een netwerk van citaties, waarbij hyperlinks dienen als aanbevelingen naar andere websites. 

Ze baseerden zich op academische publicatie-indexen, waarin citaties van invloed zijn op de waarde van een paper.

In 1998 dienden ze hun eerste patentaanvraag in voor PageRank en introduceerden daarmee een nieuwe manier om websites te ordenen: niet op basis van zoekwoorddichtheid (keyword density) alleen, maar ook op basis van de van de inkomende hyperlinks.

Volgens hun oorspronkelijke paper, “The Anatomy of a Large-Scale Hypertextual Web Search Engine”, was het linkprofiel van een pagina een grotendeels onbenut signaal van relevantie. PageRank moest daar verandering in brengen door autoriteit te meten via het aantal en de kwaliteit van de inkomende hyperlinks.

Hoe PageRank oorspronkelijk werkte

Het oorspronkelijke PageRank-model is gebaseerd op een wiskundige formule waarin iedere link telt als een soort stem. Niet iedere stem telt even zwaar: een link van een pagina met een hoge PageRank-score weegt zwaarder dan een link van een minder gezaghebbende pagina. Het idee was dat een gebruiker willekeurig door links navigeert over het web. De kans dat die gebruiker op een bepaalde pagina terechtkomt, wordt berekend in een PageRank-waarde.

De formule was als volgt opgebouwd:

PR(A) = (1 – d) + d * (PR(T1)/C(T1) + PR(T2)/C(T2) + … + PR(Tn)/C(Tn))

Hierbij staat d voor de damping factor (meestal 0.85), T1…Tn voor de pagina’s die linken naar pagina A, en C(Tn) voor het aantal links op pagina Tn. De damping factor houdt rekening met het feit dat een gebruiker op een gegeven moment stopt met klikken.

Hoewel de exacte berekening inmiddels niet meer openbaar is, vormen deze principes nog steeds de basis voor hoe Google autoriteit en relevantie beoordeelt. Natuurlijk heeft Google nog veel meer vrij cruciale updates (zoals de Google Penguin update) uitgevoerd op het gebied van linkbuilding en is het allemaal een stuk complexer. 

persoon achter laptop die de PageRank aan het bekijken is

Waarom PageRank destijds revolutionair was

Toen PageRank werd geïntroduceerd, werkte het fundamenteel anders dan bestaande zoekmachines uit de jaren ’90. Die systemen baseerden hun ranking vrijwel uitsluitend op de aanwezigheid van zoekwoorden. Hierdoor kon je als website je website helemaal volzetten met 1 zoekwoord en je stond vaak al bovenaan (keyword stuffing).

PageRank bracht daar verandering in door links als stemmen van vertrouwen te beschouwen, wat destijds een nieuwe benadering was. Het zorgde ervoor dat de content van hoge kwaliteit eerder bovenaan kwam, zelfs als het minder vaak een bepaalde zoekterm bevatte.

Dit betekende dat Google gebruikers veel relevantere resultaten kon bieden dan concurrenten zoals AltaVista en Yahoo. De kwaliteit van de resultaten zorgde voor snelle adoptie onder gebruikers, wat uiteindelijk (deels) voor heeft gezorgd dat Google marktleider is.

PageRank als publiek meetinstrument

In 2000 werd de Google Toolbar gelanceerd, inclusief een visuele indicator van de PageRank-score van een pagina. Deze score liep van 0 tot 10 en was gebaseerd op een logaritmische schaal. 

Zo kon een pagina met score 4 tot wel 25 keer belangrijker zijn dan een pagina met score 2. Deze zichtbaarheid leidde ertoe dat marketeers en SEO-specialisten zich massaal richtten op het verkrijgen van backlinks vanaf pagina’s met een hoge PageRank, omdat als je een hoge PageRank had je ook hoog kwam in Google.

In eerste instantie leek dit transparant en waardevol voor webmasters. In de praktijk leidde het echter tot veel manipulatie van dit systeem, waarbij commerciële belangen de bovenhand kregen boven inhoudelijke kwaliteit. De publieke beschikbaarheid van PageRank bleek dus een dubbelzijdig zwaard.

Misbruik en de neergang van deze score

De populariteit van de PageRank zorgde dus voor misbruik. SEO-strategieën werden steeds vaker gericht op kunstmatige verhoging van deze score, in plaats van op het maken van waardevolle content. Hierdoor kreeg de gebruiker dus niet de beste resultaten met de beste content, maar de resultaten van de website die de PageRank het meest had weten op te krikken.

Black hat SEO-tactieken zoals linkfarms, betaalde backlinks en private blog networks (PBN’s) werden ingezet om de PageRank dus kunstmatig op te schroeven.

Google moest reageren. Het begon met algoritme-updates zoals Penguin en voerde handmatige acties uit tegen sites die zich schuldig maakten aan link spam. In 2013 werd de publieke PageRank-score niet langer geüpdatet en in 2016 verdween deze volledig uit de Toolbar.

Ondanks de verwijdering als openbaar meetinstrument, bleef PageRank intern in gebruik bij Google. Verschillende lekken en uitspraken van Google-medewerkers bevestigen dat het principe nog steeds deel uitmaakt van het bredere algoritmische raamwerk waarmee webpagina’s worden beoordeeld in Google.

Moderne interpretaties van PageRank

Hoewel het oorspronkelijke algoritme niet langer publiek beschikbaar is, zijn er in de loop der jaren verschillende variaties ontwikkeld. 

Interne documenten van Google, gelekt in 2024, bevestigen dat er meerdere varianten van PageRank bestaan: onder andere PageRank_NS (Nearest Seed), PageRank2 en FirstCoveragePageRank. Deze versies richten zich op zaken als klik diepte naar betrouwbare sites of het moment waarop een pagina voor het eerst werd gecrawld.

Ook de introductie van zogenaamde “seed sites” speelt een rol. Dit zijn door Google vertrouwde websites met een sterke autoriteit, zoals bijvoorbeeld de New York Times of universiteiten. Pagina’s die dichter bij deze seed sites liggen in het linknetwerk, krijgen een hogere autoriteit van Google. Dit model helpt Google om spam te verminderen en betrouwbare content te herkennen.

twee mensen die kijken naar een Google score van 1/10 ter illustratie van de score die Google geeft

Backlinks zijn de kern van het PageRank-systeem. Maar niet elke link telt evenveel. Kwaliteit is belangrijker dan kwantiteit. Een enkele link van een relevante en kwalitatieve website kan meer bijdragen aan je zichtbaarheid dan tientallen lage kwaliteit en irrelevante backlinks.

Google kijkt daarbij niet alleen naar de autoriteit van de verwijzende pagina, maar ook naar de inhoudelijke samenhang tussen beide pagina’s. 

Daarnaast spelen ook dingen zoals de relevantei en ankertekst een rol. Een natuurlijke, beschrijvende ankertekst kan bijdragen aan een betere interpretatie van het onderwerp van de gelinkte pagina.

Tegenwoordig bestaat PageRank dus niet meer, maar er zijn veel alternatieven op de markt gekomen die ook meetinstrumenten hebben om de ‘waarde’ van een website te kunnen meten. Grote namen hierin zijn:

  • Ahrefs
  • Moz
  • Majestic

Scroll naar boven